Psalms 6


Here, wilt U mij leiden?
Anders zullen mijn vijanden over mij zegevieren.
Wilt U mij duidelijk maken wat ik moet doen
en welke weg ik moet inslaan?

1 Mijn tegenstanders zullen elke kans aangrijpen
om mij in een kwaad daglicht te stellen.
Wat uit hun mond komt,
stinkt naar zonde en dood,
zij gebruiken hun tong voor leugen en bedrog.
Hun lippen spuwen dodelijk vergif.

2 O God, spreek het ‘schuldig’ over hen uit!
Vang hen met hun eigen valstrikken,
verdrijf hen om de overvloed van hun overtredingen,
want zij komen in opstand tegen U.

3 Maar ieder die zijn vertrouwen op U stelt,
zal zich verheugen.
Zij zullen tot in eeuwigheid van vreugde juichen,
omdat U hen beschermt.
Dan zal ieder die U liefheeft,
overlopen van blijdschap.

4 Want U, Here, zegent uw volgelingen.
U beschermt hen met uw schild van liefde.

5

Een psalm van David voor de koordirigent.

Te begeleiden met snarenspel en te zingen op de wijs van ‘De Achtste’.

6
7 O Here, nee, straf mij niet
in het vuur van uw toorn!

8 Heb medelijden met mij, Here,
want ik ben maar een zwak mens.
Genees mij,
want mijn lichaam is ziek

9 en mijn geest verward.
Laat mij toch snel weer tot mijzelf komen!

10 Kom, Here, red mijn ziel,
red mij door uw goedheid.
Copyright information for NldHTB